zaterdag 30 september 2017

Bestonden zij echt? Het wetenschappelijke bewijs voor Adam en Eva

Oktober 1, 2010

Vertaling: Leonard Jansen

Bestonden Adam en Eva werkelijk? Kwam de gehele mensheid voort uit één mensenpaar? Deze vragen zijn geen marginale onderwerpen voor een academisch debat; ze zijn essentieel voor het Christelijke geloof.

Met het oog hierop zijn recente vorderingen in de moleculaire genetica tamelijk uitdagend. Zoals Hugh Ross en ik  bespreken in ‘Who Was Adam?’, wijzen talrijke studies erop dat de mensheid ontstond: (1) recentelijk (ongeveer 100,000 jaar geleden, plus of min 20,000 jaar o.i.d.); (2) op één bepaalde locatie (Oost Afrika)— dichtbij waar sommige bijbelgeleerden denken dat de Hof van Eden zich bevond; en (3) van een kleine populatie individuen.

Bovendien, geeft analyse van mitochondriaal DNA (dat inzicht verschaft in de oorsprong van de moederlijke afstammingslijn) aan dat de mensheid terug gaat naar één enkele voorouderlijke DNA sequentie, die geïnterpreteerd kan worden als van één bepaalde vrouw. Op dezelfde manier geeft, in kaart brengen van het DNA van de Y-chromosomen (dat inzicht geeft in de herkomst van de vaderlijke afstammingslijn) aan dat de oorsprong van alle mannen herleid kan worden naar één enkele voorouderlijke sequentie, die kan worden geïnterpreteerd als één enkele man.

Deze verbazingwekkende resultaten zijn in harmonie met een traditionele interpretatie van het Bijbelse verslag van de menselijke oorsprong, en suggereert dat Adam en Eva waarschijnlijk bestonden als echte personen waaruit de hele mensheid voortkwam.

Maar bestonden Adam en Eva echt? Bevolkingsgrootte

Anderen hebben vraagtekens achter deze interpretatie gezet, stellend dat de genetische data aangeven dat de mensheid ontstond uit duizenden individuen, niet twee.[1] Het belangrijkste argument voor deze bewering komt van schattingen van de voorouderlijke bevolkingsgrootte van mensen gebaseerd op genetische diversiteit.

Het is mogelijk om de daadwerkelijke bevolkingsgrootte in te schatten van elke voorouderlijke groep via de genetische diversiteit van de hedendaagse bevolking als de mutatie snelheid bekend is. Zoals besproken in ‘Who Was Adam?, ‘geeft een aantal van dit soort studies inderdaad aan dat mensen afstammen van een kleine populatie, in de orde van een paar honderd tot een paar duizend.[2]
Critici van de traditionele benadering van het Bijbelse verhaal over de oorsprong van de mens nemen deze resultaten klakkeloos aan. Zij stellen dat de data aangeven dat de mensheid een genetische bottleneck ervoer, waarbij de bevolking in elkaar stortte tot een relatief klein aantal individuen. Zodoende stamde de mensheid af van duizenden overlevenden, niet van een oer-paar.

Critici wijzen ook naar andere methoden om de grootte van de voorouderlijke bevolking in te schatten die niet afhankelijk zijn van mutaties, maar van andere soorten processen om genetische diversiteit te genereren.[3] Studies die gebruik maken van deze technieken lijken ook aan te geven dat de mensheid ontstond uit een bevolkingsgrote in de orde van een paar duizend individuen.

Wat was werkelijk de bevolkingsgrootte?

Geconfronteerd met deze uitdaging, is het belangrijk om te beseffen dat de bevolkingsgrootte die wordt gegenereerd door deze methoden slechts inschattingen zijn, geen harde en snelle feiten. De reden:  de wiskundige modellen worden sterk geïdealiseerd en resulteren in verschillende schattingen gebaseerd op een bepaald aantal factoren. Als een treffend voorbeeld zijn twee studies te beschouwen die zijn besproken in ‘Who Was Adam?’ De ene studie, vermeld in 2003 door een Russisch en V.S. onderzoeksteam, onderzocht elementen van DNA sequentie die short tandem repeats worden genoemd op 377 locaties in het menselijk genoom voor 1.056 individuen die 52 bevolkingsgroepen vertegenwoordigden. Gebaseerd op deze analyse concludeerde zij dat de mensheid voortkomt uit één bron (blijkbaar Afrika), van een kleine bevolking (~2.000 of minder) tussen 71.000 en 142.000 jaar geleden.[4] Alhoewel deze conclusie overeenkomt  met die van een eerdere studie van short tandem repeats, was de inschatting van de bevolkingsgrootte van de eerdere studie echter ongeveer 500 individuen.[5] De reden voor het verschil (van ongeveer 1.500) was te wijten aan de wisselende grootte van de steekproef en het aantal plaatsen in het menselijk genoom dat bestudeerd werd.

Stamt de mensheid af van één paar? Ondanks dat bevolkingsberekeningen onthullen dat de mensheid voortkwam uit meerdere honderden tot meerdere duizenden individuen gebaseerd op wiskundige modellen, is het zeker mogelijk dat deze modellen het aantal oorspronkelijke aantal eerste mensen overschatten.
En het is belangrijk op te merken dat de afstamming van de mensheid van een kleine bevolking te rijmen valt met het bestaan van een historische Adam en Eva waaruit heel de mensheid voort kwam. Na hun schepping leert het Bijbelverhaal dat zij zich voortplantten en dat zij veel zonen en dochters kregen (Genesis 5:4). Zou het kunnen zijn, dat, gezien de beperkingen van de methoden, de bevolkingsschattingen verslag doen van de bevolkingsstructuur van mensen enige tijd na hun schepping, toen de bevolking klein zou zijn geweest, in de orde van een paar duizend? Daar komt noch bij dat, skeptici die beweren dat de mensheid voortkomt uit een paar duizend individuen en niet twee aannemen dat Adam en Eva genetisch identiek waren. Echter er is geen aanwijzing voor dit idee in de Schrift. Toen Eva geschapen werd, nam God materiaal van Adam`s zijde en herbouwde, (bānâ in het oorspronkelijke Hebreeuws), het. Deel van dit proces zou kunnen zijn geweest het introduceren van genetische verschillen in Eva’s genoom dat Adam en Eve genetisch heterogeen maakte.

Als zoals bij de Moeflon schapen, natuurlijke selectie leidde tot een toename in genetische diversiteit in mensen, dan zou de inschatting van de oorspronkelijk bevolkingsgrootte van de mensheid kunstmatig hoog zijn.

Zijn we allemaal als schapen?

In 2007 maakte een onderzoeksteam melding van de genetische diversiteit van wilde moeflon schapen op een van de Eilanden die deel uitmaken van de Kerguelen sub-Antarctische archipelago.[6] Deze groep van schapen verschafte onderzoekers een nooit eerder bestaande kans om de effecten te bestuderen van bevolkingsdynamica op genetische diversiteit in kleine groepen.

In 1957 werden een mannelijk en vrouwelijk eenjarig schaap geplaatst op Haute Island (een eiland in de Kerguelen Archipelago). Deze twee schapen waren meegenomen uit een gevangen groep in Frankijk. Tegen de zeventiger jaren was het aantal gegroeid tot 100 schapen en het piekte bij 700 schapen in 1977. Sinds die tijd fluctueert de bevolking op een cyclische manier, tussen 250 en 700 leden. Gezien het feit dat de bevolking begon met slechts twee individuen (het stichter effect), de bevolkingsgrootte cyclische veranderingen heeft ondergaan, en dat ze geïsoleerd waren op een eiland, verwachtten de onderzoekers een zeer lage genetische diversiteit (gemeten als heterozygositeit).

Door gebruik te maken van wiskundige modellen, kan de heterozygositeit van een bevolking worden berekend op welk punt dan ook in de tijd op grond van de heterozygositeit van de voorouderbevolking (die bekend was voor het oorspronkelijke moeflon paar) en de oorspronkelijke bevolkingsgrootte. Wat de onderzoekers echter ontdekten, toen zij rechtstreeks deze waarde voor de schapen op Haute Island bepaalden, was dat deze tot een factor  4 uitging boven de voorspellingen die ze hadden gemaakt met de modellen. Met andere woorden, de modellen hadden de genetische diversiteit van de daadwerkelijke bevolking onderschat.

De onderzoekers legden deze verschillen uit door te speculeren dat natuurlijke selectie  toename in genetische diversiteit veroorzaakt, aangezien een toename in genetische variabalen de overlevingskansen van de groep vergroot.

Hieruit volgt dat als dezelfde modellen zouden zijn gebruikt om de effectieve grootte van de voorouderbevolking in te schatten vanuit de gemeten genetische diversiteit, op welk punt dan ook in de tijd, dan zouden zij de oorspronkelijke bevolkingsgrootte overschat hebben, als veel meer dan twee individuen.

Als laatste, de primaire reden om te denken dat de mensheid voortkwam uit slechts één stel berust niet op bevolkingsschattingen, maar op het feit dat de Y-chromosomale en de mitochondriale DNA sequenties die als proefmateriaal zijn verzameld van mensen die nu leven terug te voeren waren op enkele voorouder sequenties. Opnieuw, deze kunnen begrepen worden als weerspiegeling van een oorsprong van één enkele man en één enkele vrouw.

Eén moeder die geluk had, één vader die geluk had?

Ondanks dat de genetische data de menselijke oorsprong herleiden naar één vrouw en één man, haasten evolutionaire biologen zich te stellen dat de mitochondriale Eva en Y-chromosomale Adam niet de eerste mensen waren. Eerder bestonden er, volgens hen, vele “Eva’s” en “Adam’s”.[7] En dus waren de mitochondriale Eva en de Y-chromosomale Adam de eersten die het geluk hadden dat hun genetisch materiaal toevallig overleefde. Genetische afstammingslijnen van de andere eerste mensen gingen verloren door de tijd heen.

Hoewel deze uitleg niet geheel onmogelijk is, is hij zeer ver gezocht. Hij klopt alleen als een paar van de eerste mensen zich voortplantten, of zich mochten voortplanten. Als de data simpelweg volgens de meest voort de hand liggende methode geïnterpreteerd worden, is het Bijbelse model de meest sobere verklaring.

Ondanks het feit dat evolutionaire biologen manieren bieden om de logische conclusies die volgen uit data van de menselijke bevolkingsgenetica weg te redeneren, zijn deze verklaringen—verankerd in naturalisme—niet noodzakelijkerwijs superieur aan een interpretatie die volledig samengaat met het Bijbelse verhaal. De wetenschappelijke bewijsvoering voor de Bijbelse Adam en Eva staat sterk.

Dr. Fazale Rana

In 1999, verliet ik mijn R&D-positie bij een ‘Fortune 500 bedrijf’ om mij bij Reasons to Believe aan te sluiten, omdat ik het gevoel had dat het meest belangrijke dat ik kon doen als wetenschapper is om zowel sceptici als gelovigen het krachtige wetenschappelijke bewijs mee te delen —bewijs dat dag na dag ontdekt wordt—voor het bestaan van God en de betrouwbaarheid van de Schrift.


1. Zie bijvoorbeeld de openingsblog door Dennis Venema en Darrel Falk, “Does Genetics Point to a Single Primal Couple?” The Biologos Forum, accessed September 17, 2010.

2. Fazale Rana met Hugh Ross, Who Was Adam? (Colorado Springs, CO: NavPress, 2005), 55–75.

3. Venema en Falk, “Single Primal Couple?”

4. Lev A. Zhivotovsky, Noah A. Rosenberg, en Marcus W. Feldman, “Features of Evolution and Expansion of Modern Humans, Inferred from Genomewide Micro Satellite Markers,” American Journal of Human Genetics 72 (2003)” 1171–86.

5. Lev A. Zhivotovsky et al., “Human Population Expansion and Microsatellite Variation,” Molecular Biology and Evolution 17 (2000): 757–67.

6. Renaud Kaeuffer et al., “Unexpected Heterozygosity in an Island Mouflon Population Founded by a Single Pair of Individuals,” Proceeding of the Royal Society B 274 (2007): 527–33.

7. Zie bijvoorbeeld Darrel Falk en Francis Collins, “Who Was Mitochondrial Eve? Who Was

Y-chromosome Adam? How Do They Relate to Genesis?” The Biologos Forum, accessed September 17, 2010.